maandag 22 december 2008

een nieuwe redder des vaderlands

Nu het hoogtepunt van de storm geluwd is en het ontslag van de regering aanvaard, kunnen de onderhandelingen van vooraf aan beginnen, met grotendeels opnieuw dezelfde gesprekspartners die anderhalf jaar geleden ook al zoveel moeite hadden om tot een akkoord te komen.

De eerste verkenner (we kunnen ons verder waarschijnlijk nog wel verwachten aan een koninklijke bemiddelaar, een informateur en zeker een formateur) die de koning heeft uitgestuurd, is niemand minder dan Wilfried Martens.

Achja, niet zo onlogisch zou u kunnen denken. Martens is een CD&V'er, nog altijd de partij die technisch gezien de laatste verkiezingen heeft gewonnen, ook al is ze ondertussen met N-VA één van haar belangrijkste troeven kwijt en is haar grote stemmenkanon, Leterme, ook haar ondergang gebleken.

Bovendien kan Martens gelden als een wijze, iemand met een aardig curriculum in de Belgische politiek. Hij zit ondertussen ook al ettelijke jaren in Europa, waardoor niemand hem kan verdenken van enige connectie met het recente gesjoemel in de federale regering.

Tenslotte verdenkt niemand hem ervan de ambitie te koesteren om zelf het land te leiden, of op te komen bij andere verkiezingen dan de Europese. Met andere woorden, hij is niet verbrand en zal zijn verdere carrière niet verbranden met zijn huidige opdracht.

En een allerlaatste element dat misschien heeft meegespeeld: hij is sympathiek. Het laatste wat de bevolking van hem gehoord heeft, is dat hij recent getrouwd is met zijn jeugdliefde Miet Smet. Van de wittebroodsweken naar het wespennest van de regeringsonderhandelingen, tsjonge.

Er is wel een klein probleempje met Martens, namelijk net dat indrukwekkende curriculum. Van 1979 tot 1992 heeft hij verschillende regeringen voorgezeten als eerste minister. Dertien jaar lang, niet toevallig een onrustwekkend getal voor bijgelovigen. Hij is dan ook de recordhouder van de twintigste eeuw.

Nee, het jarenrecord is niet obstakel, wel de hoeveelheid kabinetten op zijn palmares. In die memorabele dertien jaar heeft hij maar liefst negen (9!) regeringen geleid, met een gemiddelde levensduur van een jaar en vier maanden per regering.

Ach, toch al langer dan de negen maanden Leterme I, zal u denken? En waarvan eentje maar liefst een volledige officiële ambtstermijn bedroeg, vier jaar. De kortste was echter al na vijf maanden uiteengevallen.

Iets doet me dus vermoeden dat Martens niet de meest geschikte persoon is om stevige banden te smeden, om een duurzame, sterke regering bijeen te kleven. Natuurlijk, na hem komt er nog een formateur die de definitieve keuzes maakt, maar toch.

Een citaat: “[hij] wil zijn ervaring in dienst van het land stellen om snel een slagkrachtige regering op de been te krijgen”. Eum, net zo slagkrachtig als zijn regeringen indertijd waren?

Zijn verblijf in Europa laat hem wel onbezoedeld door de recente crisis, maar eveneens is het waarschijnlijk dat hij niet meer volledig op de hoogte is van de finesses van de Belgische politiek. Het is twijfelachtig dat hij vertrouwd is met alle hoofdrolspelers, hun kleine kantjes en onderlinge wrijvingen.

Zo wordt het natuurlijk niet eenvoudig om “snel” een regering op de been te krijgen die niet alleen efficiënt is, maar tevens voldoende cohesief om niet na het minste meningsverschil weer in de touwen te hangen.

Wilfried Martens: in de Belgische politiek had hij zijn negen levens opgebruikt, maar nu verrijst hij, na een metamorfose bovendien, als een feniks uit zijn assen.

zaterdag 20 december 2008

De ideale vrouw volgens Eenzame Canadees

Een Canadees heeft zijn eigen vrouw ontworpen. De ingenieur is drieëndertig jaar, briljant, knap, maar ook wanhopig en eenzaam.

Hij maakte haar voor een schamele dertienduizend euro. En geef toe, dat is een koopje. Als je de glossy magazines mag geloven, moet een cadeau om ermee te scoren al minstens honderd euro kosten. Reken maar uit over een heel leven.

Eenzame Canadees heeft zichzelf geen kat in een zak gemaakt. Zijn robotvrouw zal voor altijd een gave huid en een strak figuur hebben. De ideale vrouw! Ze kan praten, het weer voorspellen en reageren op pijnprikkels, genoeg om een eenzame door de feesten te helpen, nietwaar?

Robot lady heeft geen vakantie, eten of rust nodig en ze kan 24 uur per dag werken. Terwijl de koopkracht steeds verder afneemt, zijn dat allemaal geen onbelangrijke kwaliteiten. “Ze is de ideale vrouw”, pocht Eenzame Canadees. De ideale vrouw is van alle tijden, in alle gedaanten zullen we maar zeggen.

Zijn robot is nog altijd maagd en hij heeft zichzelf verboden om met haar te seksen. Maar ware liefde wacht, toch? Voorzienig als hij is, heeft hij alvast sensoren voorzien in haar intieme delen. Voor als de nood het hoogst is… En zelfs dan zal ze hem met haar lieflijk robotstemmetje terechtwijzen: “I do not like it when you touch my breasts”.

Eenzame Canadees heeft een gat in de markt ontdekt. Een partner zonder gedoe. Nooit meer alleen met kerst, op oudejaarsavond, op je verjaardag en op alle andere dagen waarop een eenzame eenzamer dan anders is. Ze kan zelfs toast smeren. Wat wil je nog meer, eenzame?

donderdag 18 december 2008

lijstjes

Lijstjes zijn populair. De dingen die bovenaan zo'n lijstje staan zijn nog populairder. Dus iedereen wil lijstjes. En nog meer willen ze de dingen die op nummer één van zulke lijstjes staan. "Iedereen" en "ze", dat zijn de consumenten, de doelgroep van de marketeers.

Marketingmensen beschouwen zichzelf als erg begaan met de menselijke wensen en behoeften. Bijgevolg doen ze er álles aan om te achterhalen wat die consumerende mensen dan wel willen, zodat ze hen op hun wenken kunnen bedienen.

Natuurlijk zou het een te grote inspanning zijn om bij elk individu persoonlijk te informeren naar de te vervullen wensen. En zomaar een willekeurig steekproefje zou ook véél te onwetenschappelijk zijn. Nee, ze pakken het grondig aan, delen de mensheid in leeftijdsvakjes, woonplaatshokjes, beroepsgroepjes, enzovoorts. Want mensen zijn in statistiek te strikken.

Als één veertigjarige, in Sterrebeek wonende, kinderloze, naar Thuis kijkende verpleegster voor Kerstmis het liefst van al een broodrooster wil hebben, dan is dat het ideale cadeau voor alle andere vrouwen die aan diezelfde parameters voldoen. De statistiek van de menselijke geest.

En als zou blijken dat een bepaalde categorie mensen een grotere groep vormt dan een andere, dan is dat de interessantste groep. De groep ook die het meeste gezag heeft, wiens verlangens het meest waardevol zijn; de groep die gelijk heeft en waar de mensen in andere groepjes maar best een voorbeeld aan kunnen nemen. De chocoladepasta kopen en reality-tv-programma's kijken waar hun voorbeelden ook zo verzot op zijn. Het primaat van de massa.

Wanneer de marketeers dan weten wat mensen willen, schieten ze in actie. Ze vertellen bedrijven dat ze nóg meer van al die populaire spulletjes moet maken, want nog niet iedereen heeft er eentje. Of net wel, en dan zijn er spulletjes nodig die een tikkeltje verschillend zijn maar er toch voldoende op lijken. Zo worden er uiteindelijk nog enkel producten gemaakt waarvan de populariteit op voorhand bewezen is, producten die zeker verkopen en dus voldoende winst opleveren.


Geen probleem als het gaat over stofzuigers of broodbeleg. Maar nu is er een nieuw wekelijks boekentoptienlijstje van Boek.be. Piet Huysentruyt staat er drie keer in, onder andere op de eerste plaats. Verder zijn er nog enkele strips, een Aspe en, niet te versmaden, het derde boek al dat gebaseerd is op de telenovelle Sara. Welke conclusies gaan de boekenmarketing hieruit trekken? Plaatjes zijn leuk? Iets wat op televisie populair is, kan nog eens extra geld opbrengen als er ook een boek van komt?

Als de uitgevers zich unaniem op dit soort populariteitspolls gaat baseren, dan dreigt er een rampzalige verschraling van het boekenlandschap. De intriges van Temptation Island zijn dan niet meer enkel na te lezen in de wegwerproddelblaadjes, maar ook in een smaakvol geïllustreerde hardback.

Er wordt wel eens gezegd dat het niet uitmaakt wat mensen lezen, zolang ze maar iets lezen. Daar ben ik het fundamenteel mee oneens. Er is helemaal niets mis met volksverheffing, met mensen aan te sporen iets te lezen dat minder mainstream is en meer diepgang heeft.

Niet dat iedereen zich door de Engelse versie van Joyce's Ulysses moet trachten te worstelen. Het probleem is dat zulke lijstjes de gemiddelde lezer aanmoedigen om te blijven lezen wat bekend is. Om te lezen wat wel goed móet zijn aangezien iedereen het leest. (Bedenking: Dag Allemaal is het meest gelezen blad in Vlaanderen...)

Cultuur en kennis zijn te belangrijk om tot een product in een lijstje gereduceerd te worden. Of nog erger, buiten het lijstje te vallen wegens onzichtbaar op televisie.

Kind moet kind blijven

Eind november las ik een bizar bericht in de Gazet Van Antwerpen over baby’s met hakjes. Amerikaanse modeontwerpers hebben de collectie Heelarious gelanceerd: schoenen met naaldhakken voor zuigelingen van nul tot zes maanden oud.

Kinderen vanaf tien jaar kunnen dan weer hun brilletje vervangen door speciaal voor hen ontworpen contactlenzen. De Nederlandse lenzenfabrikant CooperVision bracht in september contactlenzen voor kinderen op de markt, MyVision gedoopt.

In de Verenigde Staten was er rond de Halloweenperiode veel heisa over de sexy outfits voor jonge meisjes met opschriften zoals ‘I’m a sexy bitch’. Kostuums voor 8-jarigen met hyperkorte shortjes en topjes, waarbij buik en decolleté worden geaccentueerd. Meisjes zouden zich als prinsesjes moeten verkleden, maar kiezen liever voor iets uitdagends. Kinderen worden de dag van vandaag al te veel blootgesteld aan seksueel getinte content, zoals in de muziekclipjes op de hitzender MTV.

Hoe lang mogen kinderen nog wel kind zijn?

zondag 7 december 2008

De media staan niet stil

De media zijn in beweging. Dat is de boodschap die ik onthouden heb van de voorstelling van het gelijknamige boek van Iris Musschoot en Bart Lombaerts. De auteurs stelden op woensdag 26 november ‘Media in Beweging’ voor op de Campus Dansaert van de Erasmushogeschool in Brussel. Belgisch persmagnaat en gedelegeerd bestuurder van de Persgroep Christian Van Thillo sprak de 327 aanwezigen toe in een volgepropte aula op de derde verdieping.

Van Thillo beklemtoonde dat het boek op een objectieve manier en aan de hand van concrete voorbeelden weergeeft hoe de media functioneren. En dat de media volop in beweging zijn, is al snel duidelijk zegt hij. De eerste pagina van hoofdstuk 1 over het format Wie wordt de man van… bevat al voorbijgestreefde informatie: Phaedra Hoste is intussen weg bij haar nieuwe vriend Pascal. Elk jaar zal er dan ook een geactualiseerde versie van het boek nodig zijn.

Van Thillo trachtte een antwoord te geven op de vraag waar de media dan wel naartoe bewegen. Aangezien hij aan het hoofd staat van een van de machtigste mediaconcerns in Vlaanderen, is het de moeite waard om naar zijn visie te luisteren. Voor 2018 wil hij wel een voorspelling wagen. Voor eind december zeker niet, want de toekomst van de media op korte termijn is nog nooit zo onduidelijk geweest.

Wat zal er volgens Van Thillo niet veranderen tegen 2018?

1. De media beantwoorden niet aan de algemene economische cyclus. Er komen steeds meer media bij, maar ze vervangen elkaar niet. Er blijkt altijd meer vrije tijd beschikbaar om aan die media te besteden.

2. Het zal altijd zo zijn dat unieke ideeën en de beste formats in de media bedacht worden door creatieve enkelingen. Het zal er altijd op aankomen om de meest talentvolle medewerkers aan te trekken.

3. Media zijn een economisch goed die een zeer intensieve kapitaalsinbreng vereisen. De zogenaamde first copy cost is zeer hoog. Voor nieuwe spelers is het uiterst moeilijk om in die markt toe te treden. De expertise van mediabedrijven zal bepalend blijven. Winnende merken zullen blijven winnen.

Wat zal er dan wel veranderen?

1. Het wettelijke kader zal blijven veranderen, zoals eerder het geval was met de liberalisering van de radiomarkt en nadien de televisiemarkt.

2. Technologische schokgolven schudden de media door elkaar, zoals nu overduidelijk het geval is met de verdere verspreiding van het internet. Nieuwkomers zoals Google en Yahoo nemen een belangrijke positie in. De strijd speelt zich af op zowel de consumenten- als de advertentiemarkt. Veel abonnementstitels gaan verdwijnen: nieuwsmagazines en special interest bladen komen onder druk van nichewebsites. Een belangrijke inkomstenbron voor de traditionele media zijn de rubriekadvertenties (classifieds). Dankzij de databasegedreven technologie nemen online media daar een groot stuk van over. Vooral in de Verenigde Staten zullen slachtoffers vallen. Amerikaanse kranten leven voor 75 procent van reclame (waaronder een groot deel classifieds) en slechts voor 25 procent van de lezer, terwijl het bij ons fifty fifty is. Voor de merkreclame is het internet nog niet klaar. Daarvoor blijft televisie het hoofdmedium.

3. Ten slotte speelt de huidige financiële economische crisis een ongeziene rol. Die is het gevolg van hebzucht, het globale streven naar eeuwige groei en de illusie dat geld door de lage rente gratis was. Private equity spelers hebben mediabedrijven opgekocht, maar worden nu geconfronteerd met een enorme schuld. Van Thillo voorspelt een bloedblad in deze sector: die financiële investeerders zullen moeten afhaken, merken verdwijnen of worden opgekocht door échte mediabedrijven.

De media balanceren op het delicate evenwicht tussen creatieve inhoud en economische realiteit, besluit Van Thillo. En na regen komt zonneschijn zegt hij en het is daarbij duidelijk dat hij zijn eigen Persgroep een grote toekomst toedicht.

Kort na deze voorstelling slaat de financiële crisis ook toe in de Vlaamse mediabedrijven: bij Corelio sneuvelen zestig banen waarvan vijftien journalisten en bij De Morgen staan er 26 jobs op het spel, waarvan zestien op de redactie. Voor journalisten in spe ziet de toekomst er dus niet rooskleurig uit.

maandag 24 november 2008

Lijstjesmeisje

Blijkbaar ben ik "een lijstjesmeisje". Goede vriend J. maakte mij hier gisterenavond attent op. Ik ontkende dat natuurlijk met klem, want ik vind lijstjes maken iets voor perfectionisten. Iets wat ik volgens mezelf (jammer genoeg?) helemaal niet ben. Waarop goede vriend J. begon op te sommen welke lijstjes ik volgens hem allemaal maak:

*verlanglijstjes (maar stel nu dat iemand mij iets wil geven en ik kan ineens niets meer bedenken?)

*boekenlijstjes (doen alle Germanisten dat niet?)

*inpaklijstjes (Is dat niet het begin van de reispret? Nadenken over wat je allemaal gaat nodig hebben? Hoewel het inderdaad handiger zou zijn om een basislijst op te slaan op mijn pc)

*te doen-lijstjes (voor school, thuis,...)

*reislijstjes (Waar ik voor een bepaalde leeftijd naartoe wil)

*downloadlijstjes (Iets wat zeker elke downloader doet volgens mij!)

*eetlijstjes (ik schreef op een kotszakje in het vliegtuig na een maand Afrika 33 dingen die ik wou eten bij thuiskomst)

*kuslijstje (Dat circuleerde in het middelbaar. Maar wij zaten dan ook in een klas met enkel 13 meisjes).

*dingen-die-ik-kan-vertellen-als-het-gesprek-stilvalt-lijstje (deze was ik al vergeten, danku Lina. Maar een superhandig lijstje dat ik inderdaad ook maak, schuldig)

Ik moest hem toegeven dat ik deze lijstjes echt allemaal maak. Dus ofwel ben ik perfectionistisch ofwel moet ik mijn vooroordeel tegenover lijstjesmensen herzien. Of optie drie, gesuggereerd door goede vriend J.: misschien ben ik gewoon een beetje een dromer (eet- & reislijstjes,...) die het praktisch wil aanpakken (te doen- & inpaklijstjes). We vroegen ons wel alletwee af of lijstjes maken typisch vrouwelijk is. Iemand?

zondag 16 november 2008

Obama’s winnende webstrategie

Nog nooit bij de Amerikaanse presidentsverkiezingen is het internet zo belangrijk geweest als nu. De verkozen president Barack Obama maakte voor zijn verkiezingscampagne succesvol gebruik van de nieuwste sociale netwerken, zoals Facebook, Twitter en YouTube.

De uitspraak “zonder internet zou Barack Obama geen president zijn geweest” komt van Arianna Huffington. Huffington is de hoofdredacteur van The Huffington Post, een invloedrijke nieuwssite en weblog opgericht in 2005. Een jaar later prijkte haar naam al in de Time 100, een lijst van de honderd meest invloedrijke personen van Time Magazine.

Op YouTube werd 14,5 miljoen uur gekeken naar de officiële campagnefilmpjes van Obama. Wekelijks spreekt Obama de Amerikaanse bevolking toe op YouTube. Klik hier voor de filmpjes op zijn YouTube-kanaal. Bovendien verschenen er honderden virals, vooral filmpjes die fans zelf maakten om hun steun aan Obama te uiten. Hieronder staat een clipje van Obama Girl met "I Got a Crush... on Obama", 11.834.081 keer bekeken op YouTube.




Ook doneerden 3,2 miljoen Amerikanen geld via het web aan de Democratische kandidaat. En het doen en laten van Obama was te volgen op Twitter, een microblog waar je continu de vraag beantwoordt “what are you doing”. Hij heeft er 123.000 volgers.

Op Facebook heeft Obama 3.151.148 fans. En dan is er ook nog LinkedIn met 500+ connecties en 941.110 vrienden op MySpace.

Op de site Change.gov vraagt de pas verkozen president burgers hun verhalen en ideeën te posten zodat de ze betrokken blijven bij de Amerikaanse politiek.

Mediaprofessor en pionier van de internetjournalistiek Dan Gillmor beaamt het succes van Obama’s professionele webstrategie. Gillmor speechte nog op 9 november over burgerjournalistiek op het Blogboat 1.0 event op de nieuws.be boot in Gent. De manier waarop de verkozen president gebruik maakte van de nieuwe technologieën zal volgens hem in de toekomst nog veel bestudeerd worden. Deze campagne betekent voor de politieke communicatie op het internet hetzelfde wat de campagne van John Kennedy voor de televisie betekende (zie ook Media.com bijlage van De Morgen 14/11/08) .

In 1960 werd de macht van de televisie duidelijk tijdens de televisiedebatten tussen de presidentskandidaten Richard Nixon en John Kennedy. De televisiekijkers riepen massaal Kennedy uit als winnaar, terwijl de radioluisteraars Nixon de beste kandidaat vonden. Hoewel Nixon inhoudelijk sterker was, gaf Kennedy’s uitstraling de doorslag.


zaterdag 15 november 2008

Dagtrippen in Berlijn

Verlengd weekend = vier dagen reüniën met een hoop Duitsers en Italianers in Berlijn.
Wat volgt niet: het relaas van vier dagen en nachten in een rebelse, culturele en moderne stad. Dat zou ons te ver leiden.
Wat volgt wel: 10 tips en must sees voor wie er even tussenuit wil.

1. Maak Berlijnse vrienden die u kunnen overtuigen alle toeristische trekpleisters te vergeten. Laat u meevoeren naar buiten het centrum en bezoek dingen die je anders nooit zou bezoeken.
2. Beklim de Reichstag wanneer het donker is. Als je toch overdag wil gaan, aanvaard dan dat er wachtrijen van 3 uur zijn.
3. Ga Tacheles, een kraakpand vol kunstenaars, binnen. Drink pintjes in het geïmproviseerde café, hang er de hele avond rond, koop een kunstwerk van een kerel die misschien binnen tien jaar wereldberoemd is, word een beetje dronken en discussieer.
4. Ga binnen in de kunstacademie en de bank op het Pariser Platz. Ongelofelijk mooi interieur. Laat je niet wegjagen.
5. Volg de gratis geleide tour van NewEurope. Ongelofelijk interessant en heel toffe gidsen.
6. Ga niet-commercieel shoppen in de buurt rond Ostkreuz en drink koffietjes op de Hackescher Markt.
7. Bezoek de East-side Gallery, het Pergamom en het Holocaustmuseum.
8. Couchsurf!
9. Ga naar het Holocaustmonument en ontdek dat er een gratis museum onder is. Een indrukwekkend goed museum trouwens.
10. Heerlijk goedkoop eten doe je bij Vapiano (Potzdamer Platz) en Habili (Nollenberg Platz). Het eerste is Italiaans en heel modern. Het tweede Turks en oergezellig.

woensdag 5 november 2008

Herbronnen

Afgelopen weekend heb ik ontdekt dat ongeacht de hoeveelheid bronnen die je als journalist raadpleegt, één ontbrekend puzzelstukje een wereld van verschil kan maken.

Op zich lijkt het schrijven van een nieuwsstuk simpel: informatie van alle betrokken partijen verzamelen en tot één geheel smeden, dat dan predenteert de objectieve weergave van de feiten te zijn.

Maar wat als de betrokken partijen zich hullen in stilzwijgen? Meer nog, wat als ze een duidelijk wantrouwen koesteren tegenover de pers?

Als alles nog goed zou gaan, als er zelfs maar iets goed zou gaan, zouden vooraanstaande figuren uit de gemeenschap dan weigeren te praten? Het leek duidelijk, de enkele onbetwistbare recente berichten die gewag maakten van het einde van de goede tijden en het aanbreken van een neerwaartse spiraal, waren slechts de voorbode van grotere rampen.

Bovendien waren alle optimistische berichten die ik kon terugvinden reeds enkele jaren oud. Er zat niets anders op dan te concluderen dat het slecht ging met mijn onderwerp.

Visueel stelde ik me het begin van mijn verhaal voor als een helderblauwe hemel, waar zich aan de horizon donkere donderwolken samenpakten. In de tweede helft droop het er gewoon van af in grote, dreigende letters: doom, doom, DOOM!

Maar toen! Luttele uren voor de deadline kwam er toch nog een email binnen van een belangrijke informant. Zijn informatie was slechts secuur, maar schetste toch een genuanceerder beeld. Ja, er waren een aantal problemen, maar niet over de hele lijn. Hij gaf zelfs een aantal ronduit positieve voorbeelden.

Mijn artikel werd herwerkt tot een stuk waar nog altijd de objectief negatieve elementen instonden, maar het kondigde geen nakende ondergang meer aan. De blijdere boodschap was prominenter aanwezig. Zeker nu er geen melding meer werd gemaakt van weigerachtige informanten.

Nochtans was er nauwelijks een wezenlijk verschil wat betreft feiten die gegeven werden. Feiten waren trouwens het enige waar het om draaide, het was zeker geen opiniërend stuk.

En toch veroorzaakte een klein beetje verschil in informatie, die toch ook wel kwam van een bron met authoriteit, een landverschuiving wat betreft de toon van het artikel en de indruk die het naliet.

Ik heb me voor het eerst ten gronde gerealiseerd hoeveel macht een journalist heeft over de mening van zijn lezers. Hoe objectief ook geschreven, zijn artikels kunnen volledig bepalen welke perceptie het publiek heeft over een bepaald thema. Hij kan dus maar best elke steen hebben omgedraaid alvorens iets te schrijven.

Hoewel, het kan allemaal afhangen van de mededeelzaamheid van slechts een enkele bron.

dinsdag 4 november 2008

Facebook perikelen


Het lijkt alsof de sociale netwerksite Facebook de laatste weken niet uit het nieuws te branden is. Op 1 november zijn er dertien medewerkers van Virgin Atlantic ontslagen. Via Facebook hebben ze namelijk kritiek geuit op de luchtvaartmaatschappij.

Drie dagen later bleek uit onderzoek dat 2,2 miljoen Belgen gebruik maken van een sociaal netwerk op internet. Dat zijn dus vier op de tien volwassenen. Facebook blijkt veruit het populairste netwerk van België, gevolgd door LinkedIn en Netlog.

De fotowebsite Flickr.com heeft deze week net de kaap van drie miljard foto’s bereikt. Proficiat, maar Facebook telt ondertussen al meer dan tien miljard foto’s.

Welke andere Facebook perikelen zagen nog het licht? Bono, zanger van de band U2, is in verlegenheid gebracht. In Saint-Tropez bracht hij de nacht door met enkele schaars geklede meisjes die de foto's van hun ontmoeting op Facebook gezet hebben. Bij uitbreiding is de hele wereld getuige van deze beschamende gebeurtenis.

Vlaams Belanger Filip Dewinter werd het slachtoffer van verschillende valse internetprofielen en diende hiervoor klacht in tegen onbekenden. Zo stond er onder meer te lezen op zijn Facebookprofiel dat de rechtse frontman biseksueel is en interesse heeft in zowel mannen als vrouwen.

En dan sluit ik af met een persoonlijk verhaal. Facebook liet me weten dat op 18 oktober een maatje jarig was. Op zijn wall schreef ik een berichtje, net zoals tientallen andere vrienden. Maar die jongen bleek helemaal niet jarig. Hij verjaart ergens in maart. Ik dacht dat het om een grap zou gaan, om te kijken hoeveel ‘vrienden’ er zouden intrappen . Achteraf bleek dit niet het geval. De jongen heeft het gewoon niet zo met Facebook en privacy. “Niet heel de wereld hoeft te weten wanneer ik verjaar”. Terwijl ik het nochtans leuk vind om veel verjaardagswensen via Facebook te krijgen, ook al kijkt/leest iedereen stiekem mee. Facebook bezit dan ook een groot Big Brother gehalte, waar niet iedereen mee opgezet is.

maandag 3 november 2008

Hoe word ik hongerstaker?

De VZW Recht op Migratie heeft en handleiding voor hongerstakers op haar website staan. Een paar dingen die zij belangrijk vinden:

• Om de slaagkans te verhogen is het goed als er Belgen bij betrokken worden. Zij ondersteunen de hongerstakers, zij helpen de actie uitbouwen, zorgen voor de contacten,...

• Men moet een goed gelegen plaats hebben, zoals een grote zaal, kerk of overheidsgebouw waar mensen bij elkaar liggen. Geen huis waar mensen zich in verschillende kamers bevinden.

• Kies het juiste tijdstip om in hongerstaking te gaan: in de winter of tijdens de parlementaire vakantie is het niet het beste moment.

• Bij de aanvang van de hongerstaking geeft men een persconferentie en een persmap met uitleg. De ervaring leert dat persconferenties op latere tijdstippen geen nut hebben, goed opgestelde en goed verspreide persmededelingen hebben dan evenveel effect. De pers komt enkel voor sensationele feiten. Iemand afvoeren naar het hospitaal is al niet meer sensationeel, maar moet wel meegedeeld worden in een persmededeling. Het is daarom belangrijk dat een steungroep allerlei spectaculaire acties bedenkt om de hongerstaking in de aandacht te houden.

Zij vertellen hongerstakers wat hen te wachten staat:
• Veel tegenstand en een uiterst moeilijke strijd.
• Lichamelijk lijden, vooral na meer dan 30 dagen.
• Psychologisch in de war geraken en het willen opgeven.
• Men kan je niet voeden of in een kliniek houden tegen je zin, dat is strafbaar in België.

En ook wat de hongerstakers zeker niet mogen doen:
• Je mag geen ruzie maken of energie verspelen aan zaken die niets te maken hebben met je hongerstaking.
• Ga niet over tot een dorststaking omdat die niet langer dan enkele dagen kan worden volgehouden.

En tot slot wat te doen na de hongerstaking:
• Hou binnen de drie weken een gezellig samenzijn waar iedereen, hongerstakers en helpers en supporters mekaar terug zien.

zaterdag 25 oktober 2008

Crembo's troepen

Minister van Defensie Pieter de Crem heeft een nota ingediend om de Belgische troepen weg te halen uit Libanon en tegelijkertijd de militaire missie in Afghanistan te verlengen. Vermoedelijk past dit in zijn plan om het Belgische leger van een humanitaire onderneming te veranderen in een stelletje serieuze vechtersbazen. Alsof hij per se wil bewijzen dat hij zijn bijnaam 'Crembo' niet gestolen heeft.

Om te beginnen zijn er zowiezo al meerdere bedenkingen te maken bij de aanwezigheid van onze troepen in Afhanistan. Allereerst is er nooit ter dege een parlementair debat over gevoerd en heeft De Crem alle pogingen om hem op de rooster te leggen, handig ontweken. Hij heeft al te zeer de neiging om zich te gedragen als de man die de beslissingen neemt, zonder zich iets te hoeven aantrekken van het democratische bestel.

Ook deze laatste wending lijkt hij er weer autocratisch te willen doordrukken, hoewel de gevolgen wederom wel degelijk verstrekkend zijn. Het einde van de missie in Afhanistan is nog niet in zicht en er wordt nu algemeen toegegeven dat het toch niet zo evident is om er stabiliteit te creëren. De taliban en andere obscure strijders bieden de laatste jaren almaar meer weerwerk en het dodental loopt op.

Bovendien is het geen open strijd, maar wordt er duchtig gebruik gemaakt van bermbommen en zelfmoordaanslagen. Officieel mag de missie dan wel opbouwwerk genoemd worden, de facto is er een groot risico aan verbonden. Niet in het minst omdat moslimterroristen België dan wel eens zouden beschouwen als het ideale doelwit voor hun volgende aanslag.

Al bij al zaken die het verdienen dat er eerst in het parlement grondig over gedebatteerd wordt alvorens er een radicale beslissing genomen wordt.

Vervolgens is het helemaal niet duidelijk onder welk statuut de Belgen vechten. Wanneer bevriende troepen, in concretu de VS en hun Coalition of the Willing, in gevaar zijn, worden de Belgische militairen verondersteld hen te hulp te snellen. Voornamelijk onze F16's dreigen zo deel te gaan uitmaken van operatie Enduring Freedom en de Amerikaanse oorlog tegen het terrorisme.

Nuja, De Crem lijkt maar al te graag beste maatjes te willen worden met de VS en met de Bush-administratie, ook al loopt die op haar einde. Het is jammer dat Belgiës onafhankelijke mening te grabbel wordt gegooid door iemand die zijn persoonlijke ambities belangrijker vindt, ook al betekent dat dat hij slechts braafjes dient te knikken wanneer de VS hem iets vragen.

Als men De Crems laatste beslissing bovendien bekijkt in het licht van zijn eerdere uitspraak dat België zich moet concentreren op risicovollere missies, is dat een kaakslag voor de vier soldaten die in Libanon het leven hebben gelaten. Alsof ontmijningsoperaties niet gevaarlijk genoeg zijn.

Daarbij is de missie in Libanon veel concreter en van onmiddellijk nut voor de burgerbevolking. Het zou dom zijn er weg te gaan alvorens alle bommen zijn opgeruimd. Niet te vergeten dat het best cynisch is om dit vertrek te compenseren met steun aan een ziekenhuis. “Jammer, je bent een been kwijt door de bommen die we hebben laten liggen, maar je kan je tenminste wel laten verzorgen”.

Achja, waarschijnlijk is het veel minder glamoureus om de rommel van de Israëli's op te ruimen dan om heldhaftig terroristen te bestrijden. De Crem heeft aan zijn afspraak met de geschiedenisboekjes te denken.

vrijdag 24 oktober 2008

Infografiek: interactieve wereldkaart

Hier is de link naar de interactieve wereldkaart van New York Times. Het gaat om een indrukwekkende voorstelling van de gewonnen medailles op de Olympische Spelen per land doorheen de tijd, van 1896 tot 2008.

Het marketingproduct Che Guevara

TEST: Vraag aan de eerste de beste bezitter van een Che Guevara-gadget wie Che Guevara was, waarvoor hij stond en waarom hij/zij er een gadget van heeft.

De voorspelbare antwoorden: een Latijns-Amerikaanse guerillastrijder die meegeholpen heeft aan de bevrijding van Cuba. Waarom hij een Che-gadget heeft, weet hij meestal niet. Misschien denkt de gadgetbezitter zich te kunnen vereenzelvigen met Che, de rebel die opkwam tegen het establishment.

Wie is die Che Guevara?
Ernesto Guevara werd geboren in 1928 in Argentinië. ‘Che’ is de roepnaam die hij later kreeg en die verwijst naar zijn Argentijnse afkomst. Hij was een dokter, een marxistische revolutionair en een Cubaans guerrillaleider.



Che Guevara was lid van Fidel Castro’s revolutionaire beweging die in 1959 in Cuba via een revolutie aan de macht kwam. In 1966 verliet Che Guevara Cuba, na verschillende politieke postjes in de socialistische Cubaanse regering. Hij trok naar Congo en later naar Bolivia om er het marxistische ideeëngoed te verspreiden. Op 8 oktober 1967 werd hij opgepakt tijdens een door de CIA georganiseerde militaire operatie van het Boliviaanse leger. Eén dag later werd hij geëxecuteerd. Zijn laatste woorden zouden: "Schiet lafaard, het enige wat je doodt is een mens", geweest zijn.

Het doel heiligt de middelen?
Che Guevara was tijdens de Cubaanse revolutie onder meer verantwoordelijk voor de executie van deserteurs, spionnen en informanten. Hij vond het belangrijk van elke executie een afschrikwekkend voorbeeld te maken. Het waren daarom allemaal publieke terechtstellingen. Che Guevara stond er (in de mate van het mogelijke) op dat de familie en vrienden van de geëxecuteerde de voorstelling konden bijwonen.

Nadat Castro aan de macht kwam werd Che Guevara bovendien aangesteld als commandant van het gevangenisfort ‘La Cabana’. Hij leidde er de berechtingen en executies van honderden leden van het regime van Batista.

Cultfiguur
Weet de gemiddelde Che-gadgetbezitter dat Che honderden mensen heeft vermoord en laten vermoorden? Of ziet hij Che alleen als een soort van bewonderingswaardige Messias die streed voor het volk?

Rond Che Guevara is alleszins een gigantische persoonlijkheidscultus ontstaan. Dat hij jong gestorven is, heeft daar sowieso mee te maken. Door zijn executie werd hij een icoon van de communistische revolutie en een symbool voor de strijder tegen onrecht. Daarbij zien velen, als ze het al weten, zijn daden als militair en executeur als noodzakelijk. Het doel heiligt de middelen, niet waar?

Een vijand van de VS, geliquideerd door een door de CIA georganiseerde legereenheid, dat spreekt tot de verbeelding. Che Guevara is niet langer een Argentijnse dokter/guerrilla. Che is een cultfiguur. Een marketingproduct.

zondag 19 oktober 2008

Journalistiek over multiculturele thema's: all round versus gespecialiseerd

Het Minderhedenforum organiseerde zaterdag 11 oktober een Open Forumdag in Antwerpen. Onder het motto ‘Vlaanderen, we kunnen’ debatteerden meer dan 500 deelnemers over thema’s zoals school, werk, discriminatie en diversiteit. Voor etnische minderheden was dit congres een uitgelezen kans om ook hun stem te laten horen aan de politiek. Ambassadeur van het Europese jaar voor de Interculturele Dialoog, Ronny Mosuse, gaf het openingswoord in de Antwerp Expo. Hij beet de spits af met een persoonlijk verhaal over hoe hij zijn jeugd als kleurling in België beleefde.

Ik had me ingeschreven voor de workshop ‘Journalistieke Kwaliteit en Interculturaliteit’. ‘Berichtgeving over de multiculturele samenleving kan het best in handen komen van gespecialiseerde journalisten’, was de mening van Katleen De Ridder van het Minderhedenforum. Aangezien multiculturele thema’s complex zijn, pleit ze voor een doorgedreven expertise. Bij journalisten gespecialiseerd in multiculturele thema’s is de psychologische afstand ook kleiner, waardoor er minder kans is op vertekening in het nieuwsbericht.

De trend naar all round journalistiek is weliswaar een feit. Hierbij weet de journalist weinig over veel. Hij moet van alles op de hoogte zijn, maar is nergens in gespecialiseerd. Blijkbaar ontbreekt het in de media aan geld en tijd om ook gespecialiseerde journalisten te trainen.

Na de uiteenzetting van De Ridder traden Pieter Knapen (VRT nieuwsdienst) en Eric Goens (VTM nieuwsdienst) in debat met elkaar. Moderator van de discussie was professor Nico Carpentier. De geschreven pers bleek uiteindelijk niet vertegenwoordigd. HLN columnist Luc Vanderkelen daagde immers niet op.

Volgens Katleen De Ridder steken de hoofdredacteurs hun kop in het zand. Zij zagen geen probleem met de beeldvorming van etnisch-culturele minderheden in de media. Af en toe was het gewoon VRT versus VTM. Zo kon Eric Goens het niet laten meermaals zijn Turkse nieuwsanker Faroek Ozgunes aan te halen als voorbeeld dat VTM goed bezig is. Ozgunes was trouwens aanwezig in het publiek. ‘VTM heeft zónder de Cel Diversiteit een nieuwsanker van allochtone origine, in tegenstelling tot de openbare omroep’, aldus Goens. Knapen reageerde: ‘Een nieuwsdienst draait niet enkel om een gezicht, wij hebben achter de schermen veel allochtone medewerkers’.

Multiculturaliteit, interculturaliteit en diversiteit blijven complexe thema’s waarover je kan blijven discussiëren. Wat ik vooral van deze boeiende ochtend heb onthouden is dat mannelijke bio-ingenieurs die voor een carrière in de journalistiek kiezen, gegarandeerd een job krijgen bij de VRT! Het gaat hier om de nieuwste vorm van positieve discriminatie. Het medialandschap wordt vandaag immers meer en meer ingepalmd door vrouwelijke all round journalisten.

Links:
Minderhedenforum
Indymedia.be

woensdag 15 oktober 2008

Idealisme op de klippen

Er is een groot nadeel aan nieuwsgierig zijn en willen weten wat er in de wereld gebeurt. De berichten die je te horen krijgt zijn namelijk zelden echt opbeurend. Waarmee ik met een eufemisme deprimerend bedoel, en een zekere hopeloosheid veroorzakend wat betreft het geloof in de goede intenties van de mensheid.

Niet alleen is de mensheid goed op weg om zijn eigen soort naar de verdoemenis te helpen, het overige leven op de planeet wordt ook bedreigd. Elke week haalt er minstens een onheilsbericht over de precaire toestand van fauna en flora het nieuws.

Treffende voorbeelden van hoe een destructieve omgeving zowel mens als dier kan bedreigen, kunnen we vinden in Afrika. De talloze conflicten die er heersen richten niet alleen een ravage aan onder de burgerbevolking, maar ook in de vele natuurparken die het continent rijk is.

Zowiezo staan de rangers die deze parken onder hun hoede hebben vaak met beperkte middelen voor een schier onmogelijke taak. De situatie wordt helemaal onhoudbaar als de stropers niet alleen de dieren viseren (zowel voor hun voedselvoorziening als om met bijvoorbeeld het buitgemaakte ivoor hun strijd te financiëren), maar tevens met grof geschut de bewakers aanvallen.

Een specifiek geval dat me de laatste maanden gefrappeerd heeft, is dat van de berggorilla's in Oost-Congo. De met uitsterven bedreigde apensoort fascineert dankzij haar herkenbaar menselijke gedrag en karakters ieder die haar observeert. Denk aan Dian Fossey.

Niet dat de rebellenbewegingen die Noord-Kivu onveilig maken zich daardoor laten vertederen. De voorbije tijd heb ik berichten opgevangen dat de primaten door de rebellen niet alleen gedood worden omwille van hun vlees, maar vaak zelfs gewoon uitgemoord zonder reden. Of nog schokkerender, gebruikt als levend schild bij gevechten.

href="http://www.flickr.com/photos/mrflip/94551811/">

Twee weekends geleden (04/10) stond er in Zeno, een katern van De Morgen, een reportage over het Virungapark in Oost-Congo, waar 200 van de nog slechts 700 resterende berggorilla's leven. Daar doen lokale opzichters onder leiding van de Belgische directeur Emmanuel de Merode hun uiterste best om de gorilla's te beschermen.

De toon van het artikel was erg hoopvol, ondanks de dreiging van gevechten, moorden en plunderingen die de dorpen in het park teisterden. De Merode sprak bevlogen over zijn plan om geld in te zamelen met behulp van live beelden van de babygorillawezen die in hun basiskamp opgevangen zouden worden.

Met andere woorden, één van de zeldzame reportages waar je ondanks alles toch een goed gevoel aan overhoudt. Die je hoopvol stemmen over de toekomst van de aarde. Die je zelfs achterlaten met bewondering voor de volharding en gedrevenheid die sommige mensen bezitten om schijnbaar hopeloze toestanden toch nog een positieve wending te geven.

Nuja, tot ik enkele dagen later de krant onder ogen kreeg. Het zijn niet meer enkel de rebellen van Nkunda die de streek onveilig maken. Ze hebben hulp gekregen van het Rwandese regeringsleger en er zijn hevige gevechten uitgebroken met het Congolese regeringsleger, dat eerder aan de verliezende kant lijkt te zijn.

Er is gestreden op honderd meter van het basiskamp van de Merode, waardoor hem en zijn parkwachters geen andere keuze werd gelaten dan te evacueren. Zijn dromen lijken in een klap weggeveegd en er blijft niets anders over dan te hopen. Hopelijk vernietigen de rebellen en Rwandezen het hoofdkwartier niet. Hopelijk verplaatsen de gevechten zich snel naar een gebied buiten het Virungapark. Hopelijk slaagt het Congolese leger erin de vrede op het hele grondgebied te verzekeren. Hopelijk blijven de gorilla's ongedeerd.

Maar dit begint al te naïef te klinken. Ik ben geen zeven meer en weet ondertussen wel dat wereldvrede een illusie is. Jammer

maandag 13 oktober 2008

Vergeten oorlog (1)

Luis Moreno Ocampo, de hoofdaanklager van het Internationaal Strafhof (ICC) in Den Haag, heeft opgeroepen tot de arrestatie van Joseph Kony, de Oegandese rebellenleider.

Aanleiding zijn de hernieuwde aanslagen van Konys Verzetsleger van de Heer op burgers in Zuid-Soedan en Oost-Congo. Sinds midden september 2008 werden al verschillende dorpen aangevallen. Er vielen reeds tientallen doden en enkele honderden kinderen werden ontvoerd. Zo vielen rebellen op 18 september een legerpost aan in Zuid-Soedan Vier mensen werden verminkt en een soldaat en een vierjarig kind werden gedood. Het kind werd levend in een brandend huis gegooid.

Het ICC beweert bovendien dat Kony bevelen heeft gegeven om duizend nieuwe rekruten te ontvoeren en om aan nieuwe wapens te komen. Kony bereidt met andere woorden en nieuwe oorlog voor.

Wie is die Joseph Kony?

Joseph Kony werd in 1960 geboren in Oeganda en behoort tot de Acholi-stam. Hij richtte in 1987 het Verzetsleger van de Heer, een Oegandese verzetsbeweging, op.



Leider van het LRA, Joseph Kony


In de jaren 1980 vocht de rebellengroep van president Museveni tegen de centrale regering van Generaal Okella, een Acholi. In januari 1986 greep Museveni de macht. Verschillende Acholi rebellenbewegingen werden opgericht, maar Museveni slaagde erin ze allemaal op de knieën te dwingen.

In januari 1987 verenigde Kony de resten van deze rebellengroepen en stichtte het Lord's Resistance Army (LRA) of het Verzetsleger van de Heer. Kony beweerde dat de Heilige Geest over hem neergedaald was en hij noemde zijn rebellenverzet een heilige missie. Hij meende in contact te staan met God die hem de opdracht gaf te moorden, te plunderen en te verkrachten.

De uitvalsbasis van het LRA is Zuid-Soedan. Van daaruit valt het Noord-Oeganda binnen. Op zoek naar voedsel, branden de rebellen dorpen plat en vermoorden ze burgers. Het LRA draait zijn hand niet om voor verminkingen, verkrachtingen, kannibalisme en moord.

Kindsoldaten

Kony ontvoerde het afgelopen decennia al zeker twintigduizend kinderen. Zij worden soldaat in zijn kinderleger of seksslavin van de commandanten. Met hun geweren en machetes terroriseren deze kinderen de streek waar ze zelf vandaan komen. Als de kinderen weigeren te vechten, worden ze door andere rebellen vermoord of verminkt.

De onethische praktijken van het LRA kwamen voor het eerst in de media in 1997, door getuigenissen van gevluchte kinderen. De ontvoering van 139 kinderen uit Aboke (10 oktober 1996) kreeg zeer veel media-aandacht. Na 2000 leek het conflict uit te doven, hoewel er nog dagelijks ontvoeringen en moorden waren.

In september 2008 startten Joseph Konys rebellen echter een nieuw offensief in Zuid-Soedan en Oost-Kongo.

Deze ‘vergeten oorlog’ duurt nu al eenentwintig jaar en heeft al het leven gekost aan minstens honderdduizend mensen. Ondanks het feit dat er een internationaal aanhoudingsbevel tegen Kony loopt en dat iedereen ongeveer weet waar de man zich schuilhoudt, is hij nog altijd niet gearresteerd. Dat is een schande. Het is bovendien onbegrijpelijk en onaanvaardbaar dat de internationale gemeenschap hier niet op reageert. Of niet voldoende alleszins.

zaterdag 11 oktober 2008

Van wie is de Noordpool?

Dat de Noordpool smelt, is geen nieuws. Dat er gevochten wordt de schat aan olie, gas en vis die er zal vrijkomen, wel. Door het smelten van de ijskappen wordt het Noordpoolgebied immers steeds interessanter voor het delven van aardolie en aardgas.

De hoeveelheid aardolie in de Noordpoolregio wordt geschat op 90 miljard vaten en de hoeveelheid aardgas op 47 biljoen kubieke meter. In het Arctische gebied liggen ook diamant, zilver, koper en zink. Maar van wie is dit enorme reservoir eigenlijk?

De regel is dat elk aan zee grenzend land recht heeft op 560 kilometer vanaf zijn kust. Alle landen proberen deze wet echter te omzeilen. Zo beweert Denemarken dat Groenland met de Noordpool verbonden is via een rif onder water. De Russen beweren op hun beurt dat datzelfde rif Russisch is, aangezien het door een Rus ontdekt werd.

Onlangs claimde de Canadese premier Harper deze poolschat. Hij bestelde ook meteen acht superstevige patrouilleschepen, die in staat zijn om door ijs van meer dan een meter dik te ploegen. Met deze schepen wil Harper ‘zijn’ Noordpool verdedigen.

De andere landen die aanspraak denken te maken op een stuk Noordpool zijn Rusland, Noorwegen, Denemarken, en de VS.

Mijn vragen: denkt u dat deze landen geneigd zullen zijn om maatregelen te nemen die de klimaatverandering tegengaan? Denkt u dat zij wakker liggen van de verstrekkende gevolgen die het smelten van het poolijs hebben voor de opwarming van de aarde?

dinsdag 7 oktober 2008

Te veel nieuws? Hoezo?

Gisterenavond klaagde Radio 1 over ‘ te veel ‘ nieuws. Nieuwsredacties werden overspoeld met economische berichten over de kredietcrisis, Dexia, de Dow Jones, Wall Street en Fortis. Volgens de Gouverneur van de Nationale Bank zitten we immers in de ergste financiële crisis sinds de jaren ‘30. Maar ook de nationale actiedag van de vakbonden kreeg ruim de aandacht.

Volgens mij slaapt Yves Leterme niet meer. Vorige week moest hij Fortis redden. Gisterenavond spoedde hij zich naar president Nicolas Sarkozy in Parijs om zijn hart te luchten over de toekomst van Dexia. Om half 10 ‘s avonds riep hij nog een ministerraad bijeen en midden in de nacht stond hij de pers te woord.

We kunnen er niet omheen: we leven in dé informatiemaatschappij. Via allerlei kanalen stroomt er informatie op ons toe. Volledig geïnformeerd zijn en alles verwerken wordt een complete dagtaak. Er komen ook steeds nieuwe nieuwskanalen bij.

Uit het enorme aanbod artikels selecteren voor de voorpagina van een krant, de homepage van een nieuwssite of het radiojournaal van 19u is nochtans geen sinecure. Een bericht zoals ‘Zelfmoordaanslag in Sri Lanka eist minstens 25 levens’ belandt in de schaduw naast boodschappen over de Amerikaanse verkiezingen waar Barack Obama en John McCain vannacht alweer gaan strijden voor de race naar het Witte Huis. Triviale versprekingen en banale jeugdzonden worden uitvergroot tot wereldnieuws.

En zeggen dat er soms dagen ‘zonder ‘ nieuws zijn, waar het monster van Loch Ness weer op de proppen komt en voor opschudding zorgt in de komkommertijd.

Actiedag in beeld

De actiedag van de vakbonden veroorzaakte maandagochtend heel wat opschudding in ons land. Ik was toevallig in de binnenstad van Gent en had mijn fotocamera in de aanslag. Hier zijn enkele foto's om de weblog op te fleuren.






maandag 6 oktober 2008

Staking

Vandaag ligt het land haast lam door een grote staking die vooral het openbaar vervoer treft. Gelukkig heb ik maandag geen les, zodat ik niet uit pure wanhoop hoefde te overwegen welke de makkelijkste fietsroute van Leuven naar Brussel centrum zou zijn.

Heel wat studenten, werkwillige arbeiders en bedienden hebben echter verplicht een vrije dag moeten nemen omdat ze geen alternatief vervoermiddel hadden. Een behoorlijk pervers neveneffect van een staking voor meer koopkracht, zou ik zo denken.

Immers, mensen die werkelijk omwille van de stijgende prijzen nog maar nauwelijks in hun basisbehoeften kunnen voorzien, hebben helemaal niet de financiële ademruimte om zomaar een dagloon in te leveren. Bovendien zijn vrije dagen vaak ook een schaars goed, die veel beter aangewend kunnen worden om bijvoorbeeld administratieve zaken te regelen.

Toegegeven, het stakingsrecht is waardevol, aangezien het het enige drukkingsmiddel is waarmee werknemers een uitbuitend bedrijf kunnen dwingen aandacht te besteden aan mistoestanden op de werkvloer. Maar daar draaien de acties van vandaag niet om.

Ze zijn gemotiveerd als 'aanklacht' tegen sociale onderhandelingen die volgende week pas van start gaan. Ze zijn een uiting van onvrede tegenover beslissingen die nog genomen dienen te worden. Bovenal, ze draaien om dat sinds een jaar allomtegenwoordige woord: koopkracht. Zeker, het valt niet te betwisten dat de voedsel- en energieprijzen het laatste jaar extreem gestegen zijn. Gezinnen die voordien al nauwelijks de eindjes aan elkaar konden knopen, verdienen ongetwijfeld extra steun van de overheid.

De huidige staking wordt echter bezield door mensen met een degelijke job, meer nog, de meerderheid van hen werkt voor de overheid en verdient ruimschoots meer dan het minimumloon. Misschien enkele uitzonderingen te na gelaten, kunnen ze niet enkel de supermarkt betalen, maar zelfs op zaterdag en masse de winkelstraten onveilig maken. Deze zomer is het record 'meeste Belgen op vakantie' alweer eens verbroken.

Consumeren is voor het gros van de bevolking nog steeds de voornaamste vrijetijdsbesteding. Een van de kenmerken van kapitalisme is nu eenmaal dat er gestreefd wordt naar steeds meer, ongeacht de hoeveelheid die men reeds heeft.

Tenslotte, België en bij uitbreiding het Westen zitten overduidelijk in een recessie. Sla er de kranten maar op na, hele bladzijden worden besteed aan de dramatische toestand van banken, beurzen en kredieten. Gevreesd wordt dat de 'echte' economie hier binnenkort ook de gevolgen van gaat ondervinden. Er kan enkel gehoopt worden dat massale faillissementen en ontslagen uit zullen blijven.

Met andere woorden, er is geen ruimte voor een loonsverhoging. De harde realiteit is dat iedereen vaker zal moeten overwegen of een bezoekje aan de videotheek toch niet beter is dan eentje aan de Fnac.

Niettemin, verwar het bovenstaande alsjeblieft niet met een pleidooi om de overheid en de topmanagers van alle verantwoordelijk te ontslaan. De regering dient dringend maatregelen te nemen om de schokken van de recessie op te vangen en een Grote Depressie te vermijden. De top van de bedrijfswereld moet snel inzien dat saneringen op de werkvloer niet gepaard kunnen blijven gaan met steeds exuberantere ontslagpremies voor hun management.

Maar geen van beide zal bereikt worden door de staking van vandaag. Het enige gevolg zal onvrede zijn bij degenen die vandaag uren in de file moesten staan omdat ze zelf niet konden of wilden staken. Er zal onbegrip zijn bij de werklozen die maar al te graag een job zouden willen zodat ze het het zonder OCMW-hulp kunnen rooien. En de economische wereld krijgt de bevestiging dat het klimaat onzeker is, waardoor de economische groei nog meer zal worden afgeremd.

Nee, een staking zal niemand ertoe bewegen om in deze onstabiele tijden een loonsverhoging in te voeren.

zondag 5 oktober 2008

‘I am neither especially clever nor especially gifted. I am only very, very curious’ (Einstein)

Dit is de weblog van drie journalisten in spe: Liesbet, Lin en Annelies. Wij zullen het hebben over nieuws dat ons intrigeert. Dat ons boos maakt. Waar we door geraakt worden. Waar we meer over willen weten. Elk van ons met zijn persoonlijke invalshoek, maar altijd vertrekkende van het nieuws.

We zullen misschien schrijven over films, tropische stormen, concerten, vrijheidsstrijders en theater. Of misschien luchten we ons hart over (aangekondigde) stakingen, landbouw in de derde wereld en nieuwe TV-programma’s. Mogelijkerwijs brengen we verslag uit van lezingen die we bijwoonden, politieke trammelant, Indische restaurants die ons erg bevielen en buitenlandse curiositeiten,… En misschien doen we helemaal niets van dit alles en hebben we het de hele tijd over de I. Crombés en de Ph. Hoste’s van deze wereld. Ook zij verdienen de aandacht waar ze zo om vragen.

Wij presenteren u: Nieuwsgierig, een probeersel van drie curieuze aagjes.